Wachters voor Jeruzalem

“Zo is er ook in deze tijd een overblijfsel, uitverkoren door genade.” — Romeinen 11:5

“Want als hun verwerping verzoening aan de wereld heeft gebracht, wat zal hun aanvaarding dan anders zijn dan leven uit de doden?” — Romeinen 11:15

“Hij heeft vrede gemaakt tussen Joden en heidenen door uit de twee groepen één nieuwe mens te scheppen.” — Efeziërs 2:15 (NBV)

In Jesaja 62:1-2 spreekt God over Zijn onophoudelijke toewijding aan Jeruzalem en zegt: "Om Sions wil zal Ik niet zwijgen, en om Jeruzalems wil zal Ik niet stil zijn, totdat haar gerechtigheid oplicht als een glans en haar heil als een brandende fakkel." De vervulling van deze belofte is nog niet volledig gekomen, en de Heer blijft wachters roepen om dag en nacht in gebed te staan voor Jeruzalems geestelijke herstel. Jesaja 62:6-7 verklaart: "Op uw muren, Jeruzalem, heb Ik wachters aangesteld; dag en nacht zullen zij niet zwijgen... geef Hem geen rust, totdat Hij Jeruzalem gevestigd heeft en tot een lof op aarde gemaakt heeft."

We bidden voor de vrijlating van een wereldwijde 'gave van tranen', zodat de Kerk Gods hart voor Israël en Zijn volk diep mag voelen. Net zoals Jezus weende over JeruzalemLaten wij met mededogen en urgentie voor de redding van de stad bidden (Lucas 19:41).